Tellen met sprongen
We gingen actief aan de slag tijdens de wiskundeles en gingen letterlijk en figuurlijk tellen met sprongen.
Een sprong van 100 was een kleine sprong, 1000 was al iets verder en 10 000 betekende een reuzesprong.
We gingen actief aan de slag tijdens de wiskundeles en gingen letterlijk en figuurlijk tellen met sprongen.
Een sprong van 100 was een kleine sprong, 1000 was al iets verder en 10 000 betekende een reuzesprong.
Reacties
Een reactie posten